Waarschuwing: Dit is een confronterend artikel.
In Nederland van april tm oktober zijn dit de pijnlijke statistieken:
15% van de dagen -> 16-35 knopen (5+ bft)
66% van de dagen -> 8-16 knopen (3 & 4 bft)
Dat ziet er zo uit:
Maar 15% + 66% telt toch niet op tot 100%?
Klopt, de resterende 19% is nog minder dan 8 knopen, dat zijn die echt zware dagen.
Het algemeen geldend advies (en waarom dat advies tegenwoordig absurd is)
- Als je 80 kg weegt, koop dan een 12 en een 8 (of een 11/7) Dan kun je altijd kiten!
Het bereik van de meestgebruikte tubekites en twintipboards begint voor iemand van 80 kg zo ongeveer bij 15 knopen (een krappe 4bft) en eindigt bij +- 35 knopen. (8bft)
Dat is altijd de norm geweest.
Kiten in (veel) minder wind was tot zo’n 8-10 jaar geleden simpelweg extreem moeilijk of onmogelijk.
Dus geef je € 3500,- uit aan een set van 2 kites.
Daarmee kun je 15% van de tijd kiten. Maar het is het 100% waard, want zo is het nu eenmaal en we weten niet beter.
Vervolgens zijn er al een paar jaar van die gekke types die met van die grote kites of hydrofoilboards in weinig wind aan het varen zijn.
Je ziet ze niet zo vaak, want laten we eerlijk zijn, vaak zit jij ergens anders omdat er “toch niet genoeg wind was” (wil je meer weten over kitefoilen? Lees onze beginners kitefoil gids!)
Jij hebt niet zo’n kite of een hydrofoil, maar wel 10 of 20 prima vooroordelen, uitgekauwde grappen en excuses om deze lichtweerpioniers niet aan je nieuwsgierigheid te laten knagen.
Maar even serieus: 2 kites kopen voor 15% van de dagen dat er wind staat, wie is er nu eigenlijk gek?
En vanaf dit punt in de review kun je kiezen tussen de rode of de blauwe pil. (bron: The Matrix)
Kies je voor de blauwe pil, dan hoef je niet verder te lezen en blijf je in je eigen werkelijkheid: lichtweerkiten is niks voor mij want: <plaats hier jouw reden>.
Kies je voor de rode pil, dan zal ik je met dit artikel laten zien wat er allemaal mogelijk is.
We schrijven dit artikel namelijk niet voor de mensen die er niet in geloven, maar voor de mensen die nieuwsgierig zijn.
OK, let’s go!
Eerst even wat noodzakelijk verwachtingsmanagement:
Wil je met een lichtweerproduct op dezelfde manier met 10 knopen kunnen kiten zoals je nu doet met 25 knopen? Gaat niet gebeuren.
Dit product bestaat niet, laat het los, omarm het onbekende en ontdek juist alle nieuwe mogelijkheden!
Heb je veel moeite met verandering? Spuug die rode pil uit nu het nog kan en neem lekker de blauwe, we zien je als het lekker poeiert!
OK, nu gaan we echt:
In de basis bestaat een kitesurfset uit 3 belangrijke componenten.
1. De kite
2. Het board
3. De rider (en zijn kunde, gewicht en wensen)
Omdat deze 3 factoren elkaar beïnvloeden is het belangrijk om uit te leggen welk resultaat je (volgens ons) van elke combinatie mag verwachten.
In de kite kun je kiezen uit:
- Efficiënte lichtweer-tubekite (hoge AR)
- Efficiënte foilkite (hoge AR)
- Licht gebouwde tubekite (mid AR)
- Licht gebouwde tubekite (lage AR)
- Makkelijke lichte foilkite (mid AR)
In boards kun je kiezen uit:
- Efficiënte normale twintip
- Lichtweer-specifieke twintip
- Lichtweer-specifiek golfsurfboard
- Hydrofoil
Natuurlijk zijn er meer opties, maar dit zijn met afstand de meest voorkomende.
We hebben een diagram voor je gemaakt met daarin de efficiëntie (hoger=efficiënter) van de veel geadviseerde combinaties van kite+board. Onze criteria waren: vaarsnelheid, upwindhoek, en het in de lucht blijven van de kite/ waterherstartbaarheid.
Over wat het meest bij je past of je het leukste vindt kunnen, we je het beste persoonlijk adviseren.
De kleur geeft de moeilijkheidsgraad aan.
Groen = makkelijk / beginner
Oranje = intermediatie, een zeker “intuïtief” gevoel voor kite en board vereist
Rood = gevorderd
Zwart = volledige toewijding noodzakelijk
Om de keuzes in de diagram te begrijpen moet je een aantal valkuilen kennen:
- Een twintip- of surfboard met veel rocker/kromming (freestyle-/wakestyletwintips en bigwave-surfboards) werken erg slecht in weinig wind.
Een grotere maat van dit soort producten kopen helpt amper.
- Een allround tubekite in een grote maat is niet ontwikkeld als lichtweerkite, maar als grote kite voor zware kiters.
In 15 knopen heeft iemand van 80 kg een 11 nodig, iemand van 110 kg een 14.
Als je met 80 kg de 14 koopt als lichtweerkite dan zijn o.a. de trim, gewicht, bereik, upwindperformance vaak erg teleurstellend.
Ook is er nog die 3e component: jij, de rider.
- Hoe sta je tegenover je materiaal? Moet het plug-and-play zijn zonder gezeik of vind je het juist enorm interessant om te verdiepen, tweaken en jezelf uit te dagen in het onbekende?
- Zoek je de ultieme ondergrens van de wind of juist meer gewoon de maximale lol op dagen dat het niet zo hard waait?
- Ultieme snelheid? Cruisen? Tricks? Lange afstanden of juist meer tricken op de vierkante meter?
- Welke spot(s) vaar je en geeft dat beperkingen?
Kijk naar jezelf en wees eerlijk in wat je wil en wat je het leukste lijkt!
Een toelichting op de meest voorkomende combinaties lees je hier:
1. Grote tubekite met je normale twintip:
De m2’s van kites lopen onder de 15 knopen snel op, dat zie je vaak al aan de oploop van de maatboog: bijv.….12- -14- - -17.
Om op je normale twintip enkel met de kite een paar knopen te winnen moeten er dus veel m2’s bij!
Dit komt omdat je twintip met weinig wind een vrij lage snelheid en klein oppervlakte heeft, waardoor alle efficiëntie uit de kite moet komen.
Een groot probleem waar de fabrikanten in de kite mee te maken krijgen is efficiëntie versus gewicht. De kite moet namelijk veel kracht leveren, maar ook nog steeds vliegen en tijdens dat vliegen uitblinken in: upwind gaan < want voor the walk-of-shame koop je geen lichtweerkite!
Maar een grote kite is zwaar, wat weer tegenstrijdig is met het feit dat een zacht windje maar weinig draagkracht heeft om dat gewicht in de lucht te krijgen of houden.
Tubekites zijn van nature al een stuk zwaarder ten opzichte van foilkites, maar hebben daarbij ook nog eens het probleem dat ze het grootste gedeelte van het gewicht helemaal aan de voorkant hebben zitten (de L.E.) wat erg ongunstig is voor de aerodynamica.
Om te voorkomen dat deze kites met die gewichtsverdeling voorover kukelen (frontstall) worden ze zo gesneden en getrimd dat ze iets dieper in het windvenster staan (t.o.v. foilkites), wat weer ongunstig uitpakt voor de upwind-prestaties (die je juist zo goed mogelijk wil krijgen).
Geen gemakkelijke dilemma’s!
Gelukkig zitten de tubekite-ontwerpers niet stil en je ziet dan ook verschillende oplossingen voor deze aerodynamische uitdaging. 1 van de oplossingen is het zo efficiënt mogelijk maken van de kite:
Door een lang uitgerekte kite (hoge aspect ratio) met een efficiënt profiel te maken loopt de kite van nature goed hoogte. Met een mooie bonus: relatief veel lift en door de combinatie grote maat & efficient profiel lekker veel hangtime.
Alle voordelen hebben natuurlijk ook hun nadelen: zo’n lange lap is niet snel de bocht om, niet makkelijk om van het water te herstarten en vraagt meer struts (=zwaarder) om stijf en stabiel te krijgen.
Voorbeelden van dit soort kites:
Core XR6 LW
Ozone Zephyr
Flysurfer Boost
Een andere oplossing is een licht gebouwde tubekite met een gemiddelde of lage AR.
Maar ze zijn toch ook heel duur? Ach, duur is nogal relatief:
Wil je meer leren over welk materiaal er allemaal komt kijken bij het hydrofoilen? Check onze Kitefoil Beginnersgids.
Het Grote Lichtweer Artikel